NIN-uitje 2024: De mensen achter het NIN en de man achter de boekdrukkunst

Ons beroep wordt voornamelijk door thuiswerkende zzp’ers uitgevoerd. Dit biedt veel vrijheid en de mogelijkheid flexibele werktijden aan te houden, maar persoonlijk contact met vakgenoten is hierbij niet altijd aan de orde van de dag en gaat meestal per e-mail. Gelukkig vindt er minimaal iedere twee maanden een Zoom-bijeenkomst plaats waarin de leden van het NIN professionele ervaringen, tips en vragen over belangrijke ontwikkelingen op het vakgebied uitwisselen.

NIN’ers in Haarlem

Op 19 april ontmoette een zevental leden elkaar persoonlijk in Haarlem voor een geslaagd uitje dat was georganiseerd door Madelon Nanninga. Behalve Madelon waren hierbij aanwezig Pierke Bosschieter, Caroline Diepeveen, Jacqueline Pitchford, Rosalba Putrino en Margreet de Roo. Bovendien mochten we een enthousiast nieuw lid, Mirjam van Eijsden, persoonlijk verwelkomen.

De dag ging van start met een lunch in Jetties, waar recente ontwikkelingen in en rondom ons vak werden besproken, zoals de invloed van kunstmatige intelligentie op en gerelateerd aan ons beroep. We bespraken onder andere de voor- en nadelen van het inzetten van KI bij het vertalen van boeken en registers door uitgevers, maar ook het gebruik van KI door registermakers om sneller een eerste overzicht te krijgen van de story line en belangrijkste thema’s in een boek. Andere gesprekspunten waren de ontwikkelingen op het gebied van indexeersoftware, de online presentatie van onze registers bij boekaankondigingen op de websites van uitgevers, copyright, het contact met de klant, tariefstelling en de zorgwekkende trend van de uitbesteding van ondersteunende taken in het uitgeefproces door uitgevers aan goedkopere en ongekwalificeerde dienstverleners in India en aan zetters. Kortom, genoeg onderwerpen die niet alleen een eigen blog verdienen, maar zeker verdere discussie binnen het NIN en met internationale collega-registermakers.

De uitvinding van de boekdrukkunst

De middag stond verder in het teken van een bezoek aan een toepasselijke en interessante tentoonstelling: ‘De mythe achter de man: 600 jaar Laurens Janszoon Coster’ in het Noord-Hollands Archief. De meeste NIN’ers is op school nog met trots bijgebracht dat deze landgenoot de uitvinder van de boekdrukkunst was. Al sinds vrijwel het begin is dit echter door de Duitsers bestreden en staat Johannes Gutenberg uit Mainz, ook internationaal, bekend als de man achter de uitvinding van de boekdrukkunst.
Volgens zijn aanhangers zou Coster de oorspronkelijke uitvinder van de drukpers zijn. Hij zou in 1423 tijdens een wandeling in de Haarlemmerhout uit stukjes beukenschors letters hebben gesneden om vervolgens een paar zinnetjes op papier te drukken. Daarna zou hij aan de slag zijn gegaan om zijn uitvinding verder uit te werken. Zijn idee en apparatuur zouden later door een van zijn knechten zijn gestolen en in Mainz zijn verkocht aan Johannes Gutenberg. Deze perfectioneerde vervolgens Costers uitvinding en vergaarde hiermee wereldwijd faam als dé uitvinder van de boekdrukkunst.

In de loop der tijd hebben onderzoekers zoals Jacobus Koning en geschiedschrijvers zoals Scriverius, Junius en Coornhert zich over de kwestie gebogen en zich op grond van het hun bekende bewijs voor Coster als uitvinder van de boekdrukkunst uitgesproken. Ook Johannes Enschedé, grondlegger van de internationaal beroemde prestigieuze drukkerij van waardepapieren, deed onderzoek naar Coster en profileerde zichzelf en zijn drukkerij zelfs als diens opvolger. Duidelijk was dat voor Nederland, Haarlem en Johannes Enschedé nationale trots, stedelijke identiteit en zakelijke belangen een belangrijke rol speelden.

Voor zover uit aktes op te maken is, komen hun bewijzen echter niet overeen met personen die destijds in Haarlem onder de naam Laurens Janszoon Coster hebben geleefd. Ook sluit de datering van enige drukwerken die aan Coster zijn toegeschreven niet aan bij het vermeende jaar van de uitvinding. Al met al kan het zelfs zo zijn dat de uitvinder Coster nooit heeft bestaan. Toch heeft het de stad Haarlem er niet van weerhouden om in feeststemming in 1856 een groot standbeeld van Coster te onthullen en zijn er in en rond de stad meerdere gedenktekens en plekken waar de mythe nog volop levend gehouden wordt. De weersomstandigheden lieten een uitgebreidere wandeling langs deze plaatsen helaas niet toe. We hebben het met het de door luidruchtige en fluorescerende kermisattracties omringde standbeeld van Laurens Janszoon Coster op de Grote Markt moeten doen.

Deze interessante dag werd ontspannen afgesloten met een smakelijk diner bij restaurant De Lachende Javaan.

De tentoonstelling over de mythe van de boekdrukkunst in Nederland is nog te zien tot en met 10 mei 2024.